De zzp’er loopt even veel risico

Ook zelfstandigen zonder personeel lopen risico op de werkplaats. Vooral in de bouw of onderhoudslieden, schilders en glazenwassers.
Er zijn dan ook vanuit de Arbowet eisen gesteld waaraan iedereen zich moet houden. Logisch want veilig werken geldt voor iedereen. Maar zijn er verschillen met werknemers?
Veiligheid voor iedereen
In feite zijn er geen verschillen in de eisen die gesteld worden op veiligheid. Op elke werkplek gelden dus dezelfde regels. Dit is niet alleen gedaan voor de veiligheid, maar ook om geen scheve concurrentie te creëren tussen werknemers en zelfstandigen. Het enige verschil betreft de risico-inventarisatie en evaluatie. Dit aspect is verplicht voor de werkgever die voor elke werksituatie een onderzoek moet hebben gedaan om de veiligheid te waarborgen. Een zelfstandige hoeft dit onderzoek niet te doen.
Opdrachtgever blijft aansprakelijk
Werkt een zelfstandige samen met werknemers dan dient hij of zij zich te houden aan de veiligheidseisen die zijn gesteld. Bij elk project dient de zelfstandige zich dus te laten informeren voor instructies en dergelijke. In deze situatie is de opdrachtgever verantwoordelijk; meestal de aannemer of andere werkgever die mensen in dienst heeft. In principe zal bij elk bedrijfsongeval de opdrachtgever aangesproken worden. Het maakt dan niet uit of het slachtoffer een zelfstandige is of een eigen werknemer.
Eigen veiligheid verplicht
Is er sprake van solistisch werk, bijvoorbeeld onderhoudswerk, schilderwerk of schoonmaakwerk dan dient de zelfstandige de veiligheidsnormen die genoemd zijn in de wetgeving te eerbiedigen. Dit speelt vooral bij werken op hoogte. De zelfstandige dient te werken met deugdelijke steigers, hoogwerkers en indien nodig persoonlijke beschermingsmiddelen zoals een helm, veiligheidsschoenen maar mogelijk ook een leeflijn. Dit geldt vooral als gewerkt wordt bij gebouwen die geen permanente voorzieningen hebben zoals dakbeveiliging.
Zelfstandig ondernemers zijn economisch kwetsbaar omdat ze niet automatisch kunnen terugvallen op sociale voorzieningen zoals een arbeidsongeschiktheidsuitkering. Werknemers kunnen bij uitval rekenen op doorbetaling van het salaris en bij blijvende arbeidsongeschiktheid op een uitkering van het UWV. Er zijn veel zzp’ers die geen of een minimale arbeidsongeschiktheidsuitkering hebben vanwege de hoge kosten. Ook is er bijna altijd een wachtperiode bedongen waardoor enkele maanden geen inkomen uitgekeerd wordt.
Een bedrijfsongeval is voor iedereen een ramp, maar voor de zelfstandige betekent het geen opdrachten meer kunnen doen. Dit aspect zal meespelen als de opdrachtgever aansprakelijk is te stellen. Dit zijn echter langdurige procedures waarbij de zelfstandige moet wachten of de aansprakelijkheid gehonoreerd wordt.